Wegbereider
Mattheüs 3:1-3
In die dagen trad Johannes de Doper op en hij predikte in de woestijn van Judea, En zei: Bekeer u, want het Koninkrijk der hemelen is nabijgekomen. Want deze is het over wie gesproken werd door de profeet Jesaja toen hij zei: De stem van iemand die roept in de woestijn: Maak de weg van de Heere gereed, maak Zijn paden recht.
Johannes de Doper heeft een bijzondere taak, waarmee hij ook de profetie uit Jesaja 40:3 in vervulling brengt. Hij mag de weg van de Heere voorbereiden. Johannes is de stem van iemand die roept in de woestijn. Toen zijn moeder Elisabeth op hoge leeftijd zwanger werd, had de Heere al zijn naam en bestemming bepaald.
In Lukas 1:19 lezen we dat de engel Gabriël deze boodschap aan Zacharias en Elisabeth brengt. In ditzelfde hoofdstuk lezen we ook dat Gabriël Maria, die ondertrouwd was met Jozef, op de hoogte brengt van de zwangerschap van haar nicht Elisabeth en van het feit dat ze zelf ook zwanger zal zijn van de Heilige Geest. Lukas 1:31-32: En zie, u zult zwanger worden en een Zoon baren en u zult Hem de Naam Jezus geven. Hij zal groot zijn en de Zoon van de Allerhoogste genoemd worden, en God, de Heere, zal
Hem de troon van Zijn vader David geven.
Maar even terug naar Johannes de Doper. Zoals eerder genoemd krijgt Johannes een bijzondere taak. Een aantal bijzonderheden worden genoemd in Lukas 1:14-17. En er zal blijdschap en vreugde voor u zijn en velen zullen zich over zijn geboorte verblijden, want hij zal groot zijn voor de Heere. Geen wijn en geen sterkedrank zal hij drinken en hij zal al van de moederschoot af met de Heilige Geest vervuld worden, en hij zal velen van de Israëlieten bekeren tot de Heere, hun God. En hij zal voor Hem uit gaan in de geest en de kracht van Elia, om het hart van de vaderen te bekeren tot de kinderen en de ongehoorzamen tot de bedachtzaamheid van de rechtvaardigen, om voor de Heere een toegerust volk gereed te maken.
Johannes is een wegbereider, een voorloper. Hij ging voor Jezus uit. Johannes kwam in de woestijn en doopte en predikte een doop van bekering tot vergeving van zonden. Dit was nog voor het kruis onder de wet en gericht aan het volk Israël. De Schriftgeleerden begrepen er niets van en vroegen aan Johannes of hij Elia was. Johannes ontkende dit en gaf ook aan dat hij niet de Christus was. Hij verwees hen naar Jesaja 40 vers 3. Johannes getuigt van de Heere Jezus. Als hij Jezus tegenkomt zegt hij: Zie het Lam van God, Dat de zonde van de wereld wegneemt! (Joh.1:29). Johannes doopt Jezus en ziet een duif als type van de Heilige Geest neerdalen op Hem. Johannes doopte met water en Jezus met de Heilige Geest. Johannes moest Jezus openbaar maken voor het volk Israël. Er komen dan ook mensen tot geloof die volgelingen van Jezus worden. Zij hebben een grote verwachting als Jezus op een ezelsveulen op weg gaat naar Jeruzalem. Zijn volgelingen zijn hier de wegbereiders; zij leggen hun kleren op de weg. Mattheüs 21:8-9. En het grootste deel van de menigte spreidde hun kleren uit op de weg en anderen hakten takken van de bomen en spreidden ze uit op de weg. De menigte die vooropliep en die volgde, riep: Hosanna, de Zoon van David! Gezegend Hij Die komt in de Naam van de Heere! Hosanna, in de hoogste hemelen!
Maar de reactie van Jezus lezen wij in Lucas 19:41-42. En toen Hij dichtbij kwam en de stad zag, weende Hij over haar. Hij zei: Och, dat u ook nog op deze uw dag zou onderkennen wat tot uw vrede dient! Nu echter is het verborgen voor uw ogen. Dit doet ons denken aan: Mattheüs 23:37 Jeruzalem, Jeruzalem, u die de profeten doodt en stenigt wie naar u toe gezonden zijn! Hoe vaak heb Ik uw kinderen bijeen willen brengen, op de wijze waarop een hen haar kuikens bijeenbrengt onder haar vleugels; maar u hebt niet gewild!
De weg van onze Heer wordt bereid, maar wordt dit ook herkend? Soms moet er iemand op jouw weg komen, die uitleg kan geven over de weg van Jezus Christus. Dit doet mij denken aan het gedeelte uit Handelingen 8:26. En een engel van de Heere sprak tot Filippus en zei: Sta op en ga naar het zuiden, de weg op die van Jeruzalem afdaalt naar Gaza, die eenzaam is.
In het vervolg lezen we over een kamerheer uit Ethiopië die de schatkist van de Koningin beheerde en dat hij een Schriftgedeelte van de profeet Jesaja las. Hij kwam om in Jeruzalem te aanbidden. En het Schriftgedeelte dat hij las, was dit: Hij is als een schaap naar de slachting geleid en zoals een lam stemmeloos is bij de scheerder, zo doet Hij Zijn mond niet open. In Zijn vernedering is Zijn oordeel weggenomen en wie zal over Zijn geslacht vertellen? Want Zijn leven wordt van de aarde weggenomen (Handelingen 8:32-32).
Op aandringen van de Geest gaat Filippus naast deze kamerheer lopen en stelt de vraag: Begrijpt u wat u leest? Dan komt er een mooi antwoord terug: Hoe zou ik dat kunnen, als niemand mij de weg wijst?
In vers 35 van Handelingen 8 lezen we: En Filippus deed zijn mond open en, uitgaande van dat Schriftwoord, verkondigde hij hem Jezus.
Filippus was ook een wegbereider. Het gevolg was dat de kamerheer de aangegeven weg geloofde. De Weg met een hoofdletter, namelijk Jezus Christus. Op basis van zijn geloof dat Jezus de Zoon van God is, werd de kamerheer gedoopt!
We hebben gezien dat Johannes een wegbereider is.
Jezus is uiteindelijk DE Wegbereider: voor de weg, de waarheid en het leven. Hij wijst mij de weg.
Wijst Hij ook jou of u de weg? Laten wij ons de weg door Hem wijzen, of bepalen wij het zelf wel? Een tendens van deze tijd: los van God. Er zijn zoveel wegwijzers, die denken dat ze wijs zijn met de wijsheid van deze wereld.
Laten wij onze hoop, maar ook de zekerheid van het geloof op Hem vestigen. Dan lopen we niet op brede weg, maar op de smalle weg. Of zoals we laatst in een verkondiging mochten beluisteren: De weg omhoog en niet naar beneden. Dan mogen we met blijdschap in ons hart het 5e lied uit Johannes de Heer zingen:
Al de weg leidt mij mijn Heiland,
wat verlangt mijn ziel dan meer?
br. Cor Schaafsma